Frieling, Gijs
1966
Biografie: Gijs Frieling
Gijs Frieling stelt in zijn schilderijen religie en natuur centraal. "Religieuze afbeeldingen hebben we hard nodig omdat het natuurwetenschappelijk wereldbeeld niet in staat is om voldoende betekenis te geven aan ons leven". Hij schildert vanaf halverwege de jaren 90 met eitempera zeer kleurrijke werken, van betrekkelijk klein werk op papier tot zeer grote schilderijen en muurschilderingen.
Frieling heeft nationaal en internationaal tentoongesteld. Hij doceerde onder meer aan de Gerrit Rietveld Academie en de Minerva Academie in Groningen en publiceert in diverse media over kunst en aan kunst gerelateerde onderwerpen. Zijn werk bevindt zich o.m in het Stedelijk Museum De Lakenhal, Leiden, de ABN AMRO Kunststichting, Akzo Nobel Art Foundation, en de KPMG Kunstcollectie, Amstelveen.
1999 Tiendschuur: 'Gijs Frieling: schilderijen en werken op papier 1994-1999' In de Tiendschuur is bijvoorbeeld het schilderij 'Christus met voorbijgangers' (1994) te zien, dat 280 cm hoog en 450 breed is. Frieling schreef over dit werk: "Een schip met twee mensen aan boord vaart op zee. Ze hebben alles meegenomen wat ze voor hun reis denken nodig te hebben. Christus verschijnt knielend op het water maar ze zien hem niet of willen hem niet zien en varen voorbij. De vissen in het water richten zich echter naar hem als kompasnaalden. Ook in de twee opvarenden zwemmen vissen op de plaats van hun hart en ook deze richten zich op de herrezene en het lichtende brood dat hij aanbiedt."
Veel van de werken van Frieling hebben een duidelijk christelijke inspiratiebron en boodschap. Soms schildert hij bekende Bijbelse taferelen, zoals de kruisdood van Christus, maar soms vormen obscure Bijbelpassages de aanleiding voor een schilderij, of schildert hij een hedendaagse Christus die op Nikes langs een Amsterdamse gracht loopt. Een tweede lijn in Frielings werk wordt gevormd door 'psychedelisch' aandoende voorstellingen: visionaire ruimten waarin bloemen of bloeiende takken overal vanuit het niets opduiken en vanaf het doek de tentoonstellingsruimte in lijken te stralen. De toeschouwer vindt geen definitief houvast in deze ruimten maar wordt uitgenodigd zich een tijdje door hun vloeiende bewegingen en hun stille pracht te laten meevoeren. Beide typen werk zijn op de tentoonstelling te zien.
In 1999 is hij winnaar van de basisprijs Prix de Rome in de categorie Schilderen. Hij was van 1999 tot 2003 lid van de commissie Individuele subsidies van het Fonds BKVB en is als artistic researcher verbonden aan de Graduate School van de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht.
Inmiddels laat Frieling zich inspireren door de volkskunst. Het vakmanschap, het geduld en de liefde die hij in deze kunst ziet, maken een verlangen in hem wakker; jezelf verliezen in het werk, kunst maken en naar jezelf kijken als onderdeel van een groter geheel; de ultieme verbinding tussen hemel en aarde.
Het Fonds voor beeldende kunsten, vormgeving en bouwkunst ontvangt de laatste tijd relatief veel subsidieaanvragen van muurschilders. Als weerspiegeling daarvan toont het Fonds BKVB dit najaar een speciale tentoonstelling. Gijs Frieling benadert het thema natuur vanuit een religieuze overtuiging. Voorstellingen van de plantenwereld zijn een beeld van de schepping. 'Op school leerde ik dat de natuur door toeval tot stand is gekomen. Onder meer door te schilderen ben ik ervan overtuigd geraakt dat alles in de natuur uit ideeën is ontstaan. Zo wil ik ook werken.' Voor het Fonds BKVB maakte hij drie raamschilderingen in pigmenten en caseïne.
Per 1 mei 2006 artistiek en algemeen directeur van W139, Amsterdam. Frieling volgt de Belgische Ann Demeester op die vertrekt naar de Appel. Frieling: „Ann Demeester hanteerde een meer theoretische benadering van de kunst. In die optiek maken kunstenaars niet zozeer producten, maar vertegenwoordigen ze bepaalde gedachten. Ik zie de kunstenaar als iemand die iets maakt. Een kunstwerk is een fysiek object, dat dezelfde onuitputtelijkheid zou moet hebben die je ook in de natuur ziet. In goede kunst zou je elke keer weer iets nieuws moeten kunnen zien. Zoals bij het altaarstuk van Mattias Grünewald in het stadje Colmar, een van mijn favoriete kunstwerken."
Gijs Frieling schildert in tempera, op doek of op papier en maakt regelmatig wand en plafond schilderingen. Waren zijn eerdere werken vaak direct christelijk geïnspireerd, de laatste jaren richt hij zich op geïdealiseerde voorstellingen van de plantenwereld ('Kingdoms') als metaforen voor de goddelijke schepping. De handelingen die hij verricht om tot het eindresultaat ten komen liggen tevoren vast, 'het schilderen loopt parallel aan met sacramentele handelingen in de kerk'. Zijn symmetrische en ordelijke Kingdoms ontstijgen de realiteit; metafysische werelden in herkenbare vormen afgebeeld.
